Sessie 6: Goederenstromen op het Zennekanaal
Dinsdag 16 april 2013, 9.30u-17.00u
Dagexcursie per boot


Verslag en presentaties

Tijdens de zesde sessie in de info- en activiteitenreeks werden de goederenstromen op het Zennekanaal onder de loep genomen. David Kuborn van Coördinatie Zenne schetste de historische context en de economische aanleiding om naast de Zenne ook een kanaal te graven. Het goederentransport tussen Brussel en Antwerpen is dan ook eeuwenlang de belangrijkste en enige functie van het kanaal geweest, terwijl het vandaag een multifunctionele rol speelt.

Het Zennekanaal als transportas

Het goederentransport heeft zich in de loop van de eeuwen zo ontwikkeld dat het Zennekanaal verschillende aanpassingen heeft ondergaan. Vandaag kunnen zeereuzen tot 10.000 ton de zeesluis van Wintam passeren en varen tot in Willebroek. In Zemst kunnen nog schepen tot 4.500 ton versassen en deze kunnen de voorhaven van Brussel bereiken. Eenmaal het centrum van Brussel door vermindert de capaciteit tot schepen van 1.350 ton. Bovendien kunnen maar containerschepen tot 2 lagen onder de Brusselse bruggen door. In praktijk zien we vanaf Zemst voornamelijk schepen van 1.350 ton, petroleumschepen van 2.000 à 3.000 ton en relatief weinig containerschepen. Vanuit zuidelijke richting kunnen schepen tot 1.350 ton via het Hellend Vlak van Ronquières het kanaal Charleroi-Brussel opvaren.

Volgens de waterwegbeheerders werd in 2012 op het Zeekanaal Brussel-Schelde 10,6 miljoen ton goederen vervoerd, tegenover 2,4 miljoen ton op het kanaal Charleroi-Brussel ten zuiden van Brussel. Dit gaat vooral om goederen die voor bedrijven langs het ‘Zennekanaal’ zijn gelegen of in de buurt van Charleroi, La Louvière of Bergen. Vervoer via het water is zowel op ecologisch als op economisch vlak een interessante keuze. De vervuiling, het energieverbruik en de geluidshinder zijn minder groot dan bij weg of spoorverkeer. Een Europaschip (met een capaciteit van ongeveer 1.350 ton) vervoert ongeveer evenveel goederen als 50 tot 60 vrachtwagens. Uiteraard is die oplossing maar interessant als de goederen de stad zelf als eindbestemming hebben. Finale bestemming van de goederen is op dat vlak cruciaal; goederen die bijvoorbeeld per schip in Brussel aankomen en terug vertrekken per vrachtwagen moeten zoveel mogelijk worden beperkt om de Brusselse wegen niet te laten dichtslibben en de vervuiling in de stad te reduceren. Er kunnen hier bedenkingen gemaakt worden of dit de Brusselse (problematische) mobiliteit ten goede komt en welke ecologische meerwaarde dit nog oplevert.

In vergelijking met andere vaarwegen is het Zennekanaal geen transitroute. Het Zennekanaal is eerder een lokale transportas met een stagnerend goederenvervoer. Dit heeft vooral te maken met het feit dat grote goederentransporten beter uitgeruste en modernere vaarwegen gebruiken, zoals het Albertkanaal, de as Luik-Charleroi-Bergen of de Seine-Scheldeverbinding. Met het aanbod dat deze waterwegen bieden, maken de waterwegbeheerders geen plannen om grote investeringen op het Zennekanaal te doen. Daarom kan het Zennekanaal een voorbeeld stellen op vlak van multifunctioneel gebruik, waar recreatie, natuurverbinding, waterbeheersing, stedelijke ontwikkeling e.a. hand in hand gaan met de economische activiteiten.

Presentatie David Kuborn, Coördinatie Zenne: Goederenstromen op het Zennekanaal >>
Presentatie Kevin Polfliet, WenZ: De Vlaamse waterwegen en het bezoek aan de sluis van Zemst >>



De goederen op het Zennekanaal

Scheepvaart wordt doorgaans ingezet voor goederen die zwaar en volumineus zijn en over lange afstanden dienen te worden vervoerd. Dit is op het Zennekanaal niet anders: ook hier zien we voornamelijk bouwmaterialen (zand, grind, cement, slib)en olieproducten voorbij glijden. Samen vormen deze het leeuwendeel van het transport te water op het Zennekanaal: ze zijn goed voor niet minder dan 83% van het transport! Daarnaast worden ook landbouwproducten (granen) en metalen (schroot of staalproducten) getransporteerd.

Om een beeld te vormen van de soorten goederen die op het Zennekanaal worden vervoerd, werd een bezoek gebracht aan enkele bedrijven die grondstoffen, afgewerkte producten of afval via het kanaal vervoeren. De betoncentrale van Interbeton op linkeroever in het Vergotedok kwam het eerst aan de beurt.

Interbeton
Jaarlijks vervoerd Interbeton ca. 265.000 ton zand, grind en cement via het water. Drie soorten zand worden per schip aangevoerd: Schelde- en zeezand uit Kallo en Rijnzand uit Duitsland. Cement wordt in gesloten boten met een capaciteit van 500 ton vanuit Gent getransporteerd. Ongeveer 6 boten per week komen aan op de site. Het bedrijf heeft 22 vrachtwagens ter beschikking om het beton binnen de 100 minuten bij de klant te brengen en te verwerken. Interbeton is een van de grootste betoncentrales met een productie van 150.000m² beton per jaar. De exploitatie van de site blijft zeker tot 2019 gegarandeerd.

Overslagbedrijf Smet
Bij het overslagbedrijf Smet op rechteroever in de Brusselse voorhaven worden oplossingen gezocht om goederen van klanten op de meest geschikte manier te transporteren. Bij Smet komt ongeveer dagelijks een schip aan. Over een kaai van 800 meter kunnen straddle carriers schepen ontladen, waarna de goederen op vrachtwagens verder worden getransporteerd. Op de site werken een zestal (administratieve) mensen en twee dokwerkers. Goederen worden uit de hele wereld aangevoerd, er komen bv. zelfs vuurstenen uit China. Bij Smet is er ruime opslagplaats waar aarde wordt gestockeerd of ijzerschroot. Dat laatste wordt per schip naar Obourg afgevoerd om opnieuw te smelten en her te gebruiken.

Sorteercentrum De Meuter
Bij het sorteercentrum van De Meuter in Neder-over-Heembeek worden afvalstromen gesorteerd en verder afgevoerd. Bouwafval, oude metalen, huishoudelijk en groenafval worden zowel via de weg als via het water aangebracht en terug verdeeld. Bij het zusterbedrijf ABR – De Meuter in Grimbergen worden bouwmaterialen gerecycleerd en bijna volledig hergebruikt.



Foto's >>



Programma

Op de as Antwerpen - Brussel - Charleroi worden goederen vervoerd. We bestuderen deze goederenstromen en bezoeken een recyclagebedrijf dat gebruik maakt van het Zennekanaal. We bekijken de sluis van Zemst en ontdekken welke schepen hiervan gebruik kunnen maken. Tot slot brengen we een bezoek aan de containerterminal van Willebroek.

Presentaties en bezoeken:
  • 09.30u: Vertrek op de Becokaai, Brussel
  • 09.45u: Bezoek aan Interbeton, Vergotedok
  • 10.45u: Bezoek aan het overslagbedrijf Smet (voorhaven Brussel)
  • 12.00u: Varen richting Zemst - Lunch aan boord
  • 13.45u: Bezoek aan de sluis van Zemst
  • 14.15u: Terugvaren naar de Heembeekkaai - Toelichting goederenstromen (David)
  • 15.45u: Bezoek aan het bedrijf ABR De Meuter, recyclage van bouwmaterialen (voorhaven Brussel)
  • 17.00u: Aankomst op de Becokaai